Waldorf aan de Werf

Untung Surapati – Held uit ons koloniaal verleden

De keti koti maand is begonnen. Op 30 juni vieren wij op school de afschaffing van de slavernij.  Al meer dan 100 jaar vechten de nazaten uit de West voor erkenning van deze dag en dat ons koloniaal verleden een vast item wordt van onze geschiedenis lessen. Dit is niet onopgemerkt gebleven. Rutte heeft zijn excuses aangeboden namens de staat, onze koning gaat dat misschien op 1 juli ook doen en de roep om 1 juli als nationale vrijedag te erkennen wordt steeds groter.

Waar minder aandacht voor is, is het slavernijverleden in het oosten (voorheen Nederlands Indië). De laatste jaren komt hier steeds meer aandacht voor. De nazaten uit het Oosten zijn zelf begonnen met het erkennen van hun slavernij verleden en beginnen nu ook aandacht en erkenning te vragen voor de pijn die hun voorouders hebben geleden. 

Dit jaar hebben wij daarom gekozen om een held uit Indonesië in the picture te zetten

Untung Surapati (1660-1706) 

Surapati was een Balinese jongen, die tot slaaf gemaakt werd en verkocht aan een VOC-koopman in Batavia (Java) als Untung, knecht van koopman Pieter Cnoll. 

Surapati ontsnapt en vertrekt met een groep Balinesen de heuvels in. Vanuit daar vecht hij als gurerillaleider voor de vrijheid van het Indonesische volk. De machtige sultan van Mataram, Amangkurat vraagt aan Surapati om de VOC-kapitein Francois Tack te doden. In ruil daarvoor krijgt Surapati bescherming en wordt hij benoemt tot regent van de oostelijke havenstad Pasuruan en krijgt de ere titel ” Tumenggung Wiranegara”, schild en Gong, held van het land.

De VOC verklaart Surapati tot staatsvijand nummer een en tijdens een veldslag in 1706 wordt Surapati gedood.

De zonen van Surapati verbergen zijn dood en doen alsof hij nog leeft door een dichte troon mee te nemen tijdens de gevechten.

Een jaar later vinden de Nederlanders het graf van Surapati. De Nederlanders wilden Surapati laten verdwijnen uit de Nederlandse geschiedenis. Tegen alle voorschriften van de adat, graven zij het lijk op en verbranden het lichaam. Deze wordt verstrooit over zee. De haat jegens Surapati was groot, hij heeft daardoor geen uitvaart gekregen die past bij een vorst van zijn status.